Herstel van het lopen bij hemiplegische patiënten

Van de reling naar de Wheeleo®

HomeBlog

In het William Lennox Neurologisch Ziekenhuis begint de looptraining voor hemiplegische patiënten vaak met oefeningen aan een reling, samen met een visueel merkteken op de vloer op ongeveer 20 cm van de muur. Deze simpele maar effectieve methode biedt veel voordelen voor de stabiliteit en veiligheid van de patiënt.

Waarom een reling en een lijn op de vloer gebruiken?

De reling vormt een solide vast punt waarop de patiënt kan steunen, wat het zelfvertrouwen en de veiligheid vergroot. De muur dient ook als verticaal referentiepunt, wat het risico op lateropulsie (zijwaarts kantelen van het lichaam) vermindert en natuurlijke ondersteuning biedt. De lijn op de vloer helpt om de voet precies op de juiste afstand van de muur te plaatsen, zodat de “gezonde” voet niet te dicht bij de muur komt, wat de lateropulsie zou verergeren.

Door de voet op de lijn en de schouder tegen de muur te plaatsen, neemt de patiënt een stabielere houding aan met het zwaartepunt boven het steunpunt. Deze concrete instructie is vaak makkelijker toe te passen dan de vage opdracht om “rechtop te staan”.

Een geleidelijke en veilige leerfase

In deze setting is het mogelijk om een patiënt die nog niet voldoende vrijwillige motoriek heeft, tientallen meters te laten lopen. De therapeut begeleidt de beweging door te helpen het been naar voren te brengen, vaak door zachtjes achter de dij te duwen met de knie, en door een Velpeau®-verband te gebruiken om de voetplaatsing te sturen. Deze assistentie bevordert de intensieve herhaling van stappen, een sleutelfactor in de revalidatie.

Het doel is om het aantal stappen tijdens elke sessie te maximaliseren om de “intensiteit van het werk te stimuleren en de”zelfstandigheid te bevorderen. Tegelijkertijd is het cruciaal om een optimale loopkwaliteit te waarborgen om schadelijke compensaties (negatieve plasticiteit) te voorkomen.

Waarom parallelle stangen vermijden?

In tegenstelling tot de reling zijn parallelle stangen om verschillende redenen niet ideaal: ze kunnen een angst voor leegte veroorzaken die de lateropulsie verergert, ze beperken de beschikbare ruimte voor de therapeut en ze zijn vaak niet lang genoeg om voldoende lange looproutes te maken.

De overgang naar een vloeiendere gang met de Wheeleo®

Deze eerste fase van looptraining aan de reling wordt meestal gekenmerkt door een drietellige gang, met zeer veilige steunpunten maar een langzaam en weinig natuurlijk ritme.

De volgende fase bestaat uit het introduceren van een éénhandige rollator, zoals de Wheeleo®. Dit innovatieve hulpmiddel maakt de overgang mogelijk naar een tweetellige gang, die vloeiender, sneller en meer lijkt op een normale loopbeweging.

De Wheeleo® biedt constante ondersteuning, zelfs tijdens het verplaatsen, wat de reorganisatie van stappen vergemakkelijkt, de symmetrie verbetert en de cadans verhoogt. De patiënt kan zo meer zelfvertrouwen en zelfstandigheid krijgen, met een meer natuurlijk looppatroon.

Conclusie

De looptraining voor hemiplegische patiënten vereist een methodische progressie, aangepast aan hun huidige capaciteiten. De reling met een markering op de vloer vormt een essentiële eerste stap om de houding en voetplaatsing te leren in een veilige omgeving. Daarna maakt het gebruik van een innovatieve rollator zoals de Wheeleo® het mogelijk om het hervatten van een vloeiende, symmetrische gang die meer lijkt op normaal lopen, te optimaliseren.

Elke stap moet worden aangepast aan de behoeften en vooruitgang van de patiënt, met als voortdurend doel de kwaliteit van de beweging en functionele zelfstandigheid.

Foto van Geoffroy Dellicour

Geoffroy Dellicour

Geoffroy Dellicour est kinésithérapeute au Centre Hospitalier Neurologique William Lennox (Belgique) depuis plus de 20 ans. Il est le concepteur du Wheeleo®. Il a une sérieuse expérience en rééducation. Il est passionné par l'innovation et la rééducation de la marche.

Test de Wheeleo®

Vul dit korte formulier in zodat we contact met je kunnen opnemen om een test af te spreken.